- Is ‘Critical (Race) Theory’ echte wetenschap? - 14 december 2021
- Het internet als mindblower en de mensenrechten als bron van onrust - 17 april 2021
- De ernstige fout in de UVRM: Universalisme - 11 februari 2021
Progressief is iemand die progressie wil maken, die vooruitgang wil, die wil dat alles beter wordt, die voorstander is van een structuur die nog nooit bestaan heeft.
Conservatief is iemand die tevreden is met de huidige structuur, die de status quo verdedigt.
Maar hoe heet dan iemand die terug wil naar een structuur die er ooit al was, maar die verdrongen is door een andere structuur?
Vaak wordt zo iemand (oer)conservatief genoemd, maar dat zou botsen met de eerder genoemde definitie. En wanneer kennis van de historie ontbreekt, kan zo iemand ook aangezien worden voor progressief.
En hoe typeren we een progressief iemand nadat het doel, de beoogde structuur, goeddeels of helemaal bereikt is en mogelijk zelfs alweer bedreigd wordt? Wordt die persoon niet op dat moment automatisch conservatief? En wordt degene die net nog conservatief was niet opeens iets anders?
Zo beschouwd zijn de typeringen ‘progressief’ en ‘conservatief’ een indicatie van het oordeel van een mens over de maatschappij van een zeker moment. En bovendien ontbreekt er een term voor degenen die een doel nastreven dat al ooit bereikt was.
De indeling levert grote problemen op. Een andere indeling is gewenst.
Wellicht is het beter een typering te gebruiken voor het soort structuur dat iemand nastreeft. Voor nog nooit voorgekomen structuren zal een nieuwe naam moeten worden bedacht; voor structuren die al ooit voorkwamen zal de naam als typering gebruikt kunnen worden. Termen als socialisme, liberalisme, anarchisme en sociaal-democratie kunnen worden gebruikt. Afhankelijk van de status quo in een bepaalde regio zijn dan een of meer van die groepen daar conservatief. Alle anderen zijn dan strevend naar. Strevend naar wat nog nooit was of opnieuw strevend naar wat ooit al eens was.
Dit levert een fundamenteel andere kijk op het begrip ‘conservatief’ op. Het typeert dan niet meer iemands karakter, maar iemands tevredenheid met de huidige structuur. Een jaar later zou dat zomaar anders kunnen liggen. Het begrip ‘progressief’ zou men eventueel nog kunnen blijven gebruiken, maar dan liever in de betekenis van ‘streven’ en niet meer in de betekenis van ‘vooruitstreven’. Het kan dan zomaar betekenen dat iemand terugverlangt naar een structuur die lang geleden werkelijkheid was, een situatie die nu nog wordt getypeerd als oerconservatief.
Voor de begrippen ‘links’ en ‘rechts’ is de consequentie dat het zomaar kan gebeuren dat, gezien de situatie in de regio, linkse mensen momenteel conservatief zijn en rechtse mensen progressief.
Voor mijzelf geldt dat ik qua ideeΓ«n wortel heb geschoten in de jaren 60-70 en momenteel met lede ogen aanzie hoe veel van de idealen die destijds werkelijkheid werden heden ten dage worden bedreigd. Ik zou mezelf willen typeren als een linkse conservatief, gesteld dat de huidige werkelijkheid nog steeds doorspekt is van die idealen. Maar als die idealen al, stukje bij beetje, succesvol verdrongen blijken te worden, dan ben ik nu beter te typeren als links progressief. Probleem met die laatste typering is dat er niet uit blijkt dat ik, in dat geval, terugverlang. Misschien biedt de term ‘oerprogressief’ uitkomst. Ik ben dan links oerprogressief.
Het verschilt van mens tot mens, de ene conservatief vindt zichzelf misschien vooruitstrevend progressief en andersom. Lijkt mij een vraagstuk voor een analyticus. 8)
Helmaal verhelderend vind ik het idee dat een progressief iemand na het bereikte doel eigenlijk niets anders kan doen dan op een conservatieve manier zijn doel te verdedigen. Ach, dit geeft weer hele leuke nieuwe inzichten. In ieder geval zit er weer progressie in mijn filosofisch denken. Hier ga ik nog eens op broeden.
Tot schrijfs…
π
Het zal wel ergens in het midden liggen. π
De protraditionele partij. (De PTP) De partij die oud vernieuwend inzet om van Nederland een gezellig dorp te maken. π
1.schoon badwater, Floor
2.Alleen teevee in het weekend, Yvonne
3. Een gehaktbal op zondag, Roel
4. geen auto op zondag, Ruud
5. kaarten op zondag, Yvonne
6. De gulden terug, de euro eruit, prijs niet verdubbelen, Roel
7. De antenne, vrije ontvangst via de ether, Ruud
8. Mobiele telefoons eruit, Yvonne
9. Meer sociaal samenleven, minder individueel, Roel
10. De wijkagent. Ruud
doe je mee?
Floor, vorige week
Yvonne, jaren 70
Roel, jaren 90
Ruud, vorige eeuw
Yvonne, eerste zondag van de maand
Roel, 5 jaar geleden
Ruud, jaren 60/70
Yvonne, jaren 90
Roel, jaren 50
Ruud, jaren 60/70
Ja, zo komen we niet tot een eenduidig partijprogram. π
Jullie hebben de verborgen bedoeling van mijn poll helaas al behoorlijk door. Het moet een maat van je conservatisme worden. 8)
@ Anja
Je logde gelijk met Ruud, maar lijkt aardig met hetzelfde te zitten. Jullie hebben frasen van het verleden omarmd. π
Mijn gedachten in tweede instantie over conservatief vs progressief heb ik verwoord in een nieuw stuk. Misschien moeten we daar even doorbabbelen.
Pingback: Reactionair | P. van Lenth