- Is ‘Critical (Race) Theory’ echte wetenschap? - 14 december 2021
- Het internet als mindblower en de mensenrechten als bron van onrust - 17 april 2021
- De ernstige fout in de UVRM: Universalisme - 11 februari 2021
In een eigenlijk veel te lang artikel van Maurits de Bruijn (Volkskrant, 22 oktober 2016, achter de betaalmuur) stelt Maurits dat rechts en homo’s elkaar gevonden hebben en, hoe verklaarbaar hij dat ook vindt, stelt hij de vraag hoe waarachtig de omarming is. Hij ziet bedenkelijke kantjes.
Na lezing bekruipt mij het gevoel dat Maurits beter bij zichzelf kan gaan zoeken naar bedenkelijke kantjes. Zijn zoektocht is doorspekt van dezelfde bedenkelijke redeneerwijze aangaande degenen die hij rechts noemt die heel neplinks kenmerkt. Schreef ik neplinks? Hoe durf ik! Ja, dat durf ik en ik zal proberen uit te leggen hoe dat woord moet worden begrepen (al zal menig neplinkser die uitleg niet gaan snappen).
Met de term neplinks wordt niet bedoeld dat àlle links nep is. Ware dat in mijn ogen zo, dan had ik net zo goed kunnen volstaan met ‘links’ of ‘nep links’ of ‘het hele neppe links’. Nee, ik wens een term te hebben voor zichzelf links noemende mensen die op essentiële punten helemaal niet links zijn, juist om hen te onderscheiden van echtlinkse mensen. Een betere term voor die laatsten is wellicht ‘authentiek links’, maar dat is helaas niet één woord.
Ik heb niets tegen authentiek, echtlinks. Sterker, het gros van de echtlinkse standpunten onderschrijf ik in principe, al heb ik ook menig aan rechts toegeschreven standpunt aan mijn repertoire toegevoegd en leidt dat toegepast op de praktijk nogaleens tot een mengvorm waar zowel puur-linkse als puur-rechtse mensen van opkijken. Ja, eigenlijk ben ik dus een polderaar.
Goed, voldoende uitleg hier over mijn gebruik van de term neplinks. Terug naar Maurits de Bruijn. Hij neemt waar dat “rechtse politici de homozaak tot een roze wapen in de strijd tegen moslims en immigranten reduceren” (zijn woorden) en dat diezelfde lieden verder niets doen om de rechten van homo’s verder te verbeteren. Dus enerzijds worden zij wel gebruikt als stok om de moslims mee te slaan, want die gooien homo’s zelfs van gebouwen af, maar anderzijds zouden zij het liefst zien dat bijvoorbeeld het recht op een homohuwelijk wordt teruggedraaid. Maurits vindt dat bedenkelijk.
Wat Maurits dus niet ziet, is dat zelfs zij die fel tegen zoiets als het homohuwelijk zijn het opnemen voor homo’s vanuit het idee dat het niet aan de Islam is om ons hier in het westen te vertellen wat we van homofilie moeten vinden en dat we al helemaal vinden dat moslims met hun poten van onze homo’s moeten afblijven. Aan die houding lijkt mij eigenlijk helemaal niks ‘bedenkelijk’. Het is juist mooi dat ook bijv. ‘homohuwelijk’ tegenstanders het op die punten voor de homobeweging opnemen. Wees er juist blij mee, zou ik zeggen.
Frappant genoeg vindt Maurits het dan weer niet bedenkelijk dat zijn links (wat ik dus neplinks noem) het wel voor het homohuwelijk opneemt, maar tegelijkertijd de moslims en de Islam vergoelijkend in bescherming neemt. Wat heb je aan voorstanders van een homohuwelijk als diezelfde mensen tolerant blijven staan jegens lieden die homofilie helemaal willen verbieden en, nog erger, volhardende homo’s zelfs helemaal dood willen? Aan zulke voorstanders heeft de homobeweging helemaal niks, althans in dit tijdsgewricht. First things first, zou ik zeggen. Eerst het gevaar van de Islam indammen en ondertussen je al bereikte zegeningen tellen. Gelukkig ziet 20-25 procent van de homo’s dat ook in; die kiezen voor wat Maurits rechts noemt. Misschien niet hun ideale vertegenwoordiging, maar wel heel verstandig.