- Is ‘Critical (Race) Theory’ echte wetenschap? - 14 december 2021
- Het internet als mindblower en de mensenrechten als bron van onrust - 17 april 2021
- De ernstige fout in de UVRM: Universalisme - 11 februari 2021
Ervaren politici en diplomaten zullen vast en zeker vertrouwd zijn met de Door-in-the-face techniek en de Foot-in-the-door techniek. Kom, laten we ze vertalen, want er zijn goede Nederlandse uitdrukkingen voor. Het gaat dus om de deur-in-het-gezicht-dichtslaan techniek en de voet-tussen-de-deur techniek.
Bij de deur-in-het-gezicht-dichtslaan techniek is het de bedoeling iemand zo gek te krijgen ergens mee akkoord te gaan door eerst een voorstel te schetsen dat zo extreem is dat het zal worden afgewezen (als het ware wordt de deur in je gezicht dichtgeslagen) en daarna met het echte voorstel te komen. Dat echte voorstel oogt dan zoveel gematigder dat het een grotere kans maakt te worden geaccepteerd dan wanneer niet eerst dat extreme voorstel was gedaan, zo hoopt men.
Bij de voet-tussen-de-deur techniek is het de bedoeling iemand eerst een voorstel te doen dat heel gemakkelijk geaccepteerd zal worden om daarna het echte voorstel te doen. De hoop is dat de emotionele stap tussen het aanvankelijke en het echte voorstel dusdanig veel kleiner is geworden dat het niet meer als te groot wordt ervaren.
In beide gevallen wordt er gewerkt met een Overton Window, vernoemd naar de bedenker ervan. Stel je een reeks voorstellen voor die lopen van extreem via zeer acceptabel naar extreem. Over die lijst heen projecteren we een raam dat bovenaan en onderaan de problematische voorstellen buitensluit. Stel verder dat het voorstel dat erdoorheen gedrukt moet worden buiten het raam ligt. Dan zijn de hierboven genoemde technieken geschikt om dat doel te bereiken.
Op zijn beurt is het Overton Window ook van belang bij het begrijpen van het ‘argument to moderation’, door de Nederlandse Wikipedia vertaald naar ‘vals compromis’ (echter de Engelstalige wiki-pagina is echt veel beter in de uitleg). “De waarheid zal wel ergens in het midden liggen”, zo luidt een bekend gezegde. Degenen die in dat gezegde geloven, zijn ontvankelijk voor het ‘valse compromis’. Zij menen dat beide tegenover elkaar geponeerde standpunten of beweringen vast wel een zekere waarheidsclaim hebben en veronderstellen dat de echte waarheid dan wel ergens tussen beide in zal liggen. Dat kàn natuurlijk zo zijn en dan is het geen vals compromis. Maar het hoeft niet zo te zijn. Er zijn een paar gevallen denkbaar.
Stel Wim heeft een schuld van 1500 euro.
Stel A1 is de claim dat gedurende 15 maanden 100 euro bezuinigen per maand prima haalbaar moet zijn.
Stel A2 is de claim dat 500 euro ook haalbaar wordt geacht.
Degene die A1 voorstelt zal betogen dat A2 echt asociaal hoog is en degene die A2 voorstelt zal betogen dat A1 echt veel te lang gaat duren.
Uit onderzoek blijkt dat Wim bij 500 euro precies op de armoedegrens uitkomt en dat een termijn van 15 maanden in de ogen van de schuldeisers nog net kan, dan zijn beide voorstellen nog net reëel. Dikke kans dat veel mensen zullen akkoord gaan met een compromis ergens tussen 100 en 500 euro in. Dat lijkt geen vals compromis.
Maar stel dat uit onderzoek blijkt dat 500 euro wel degelijk leidt tot armoede, een fikse armoede zelfs. Claim A1 blijft echter overeind. Zelfs dan zal je zien dat veel mensen een compromis zullen zien zitten. In dat geval is er wèl sprake van een vals compromis. Claim A2 heeft dan namelijk niet gefungeerd als een op zich ware claim, maar slechts als een sluwe manier om ervoor te zorgen dat er sneller wordt afgelost dan claim A1 voorstelde.
Het kan erger. Het gaat in het volgende voorbeeld om het oppikken uit zee van bootmigranten en vervolgens in Italië aan land zetten.
Stel B1 is de claim dat dit handelen een extra aanzuigende werking heeft.
Stel B2 is de claim dat het géén extra aanzuigende werking heeft.
Merk allereerst op dat beide claims elkaar lijken uit te sluiten. Er lijkt er dus maar eentje waar te kunnen zijn. Echter, uit onderzoek zou kunnen blijken dat het bijv. per regio of groep bootmigranten verschilt.
Stel dat politieke leiders het er wel over eens zijn dat op zich een extra aanzuigende werking ongewenst is. Zoals altijd menen zij een compromis te kunnen sluiten: Er zal aan land worden gezet op een eiland ergens tussen Afrika en Europa en daar zal per persoon worden beoordeeld of ze asiel kunnen krijgen. Merk allereerst op dat het compromis slechts een gedeelte van het handelen blijkt te betreffen.
Dat compromis is een valse als claim B1 de hele waarheid blijkt weer te geven en B2 volledig onwaar is. Het compromis is dan vals omdat claim B2 een rol heeft gespeeld terwijl het nooit had mogen meewegen. Immers, de claim was volstrekt onwaar. Omgekeerd is trouwens ook waar, dus als B1 totaal onwaar bleek en B2 juist de volledige waarheid, dan was het compromis al evenzeer een valse geweest.
Zelfs lijkt dit compromis een valse als uit onderzoek bleek dat de extra aanzuigende werking wel voor sommige regio’s en/of groepen werkt en voor andere niet. Immers, het compromis maakt geen melding over dat aspect en dus zal het worden toegepast op àlle bootmigranten.
Maar goed, compromissen zijn niet alleen bedoeld om de rationeel beste ‘waarheid’ te vinden. Sterker, compromissen zijn eerder bedoeld om de lieve vrede tussen groepen te bewaren. En die lieve vrede zal er zijn zolang de benadeelde partij (dat is de partij die wèl de waarheidsclaim waarmaakte) het valse van het compromis niet beseft. Of misschien beseft die partij het wel, maar accepteert het dat compromis als onderdeel van het diplomatieke en politieke spel, wetende of hopende dat een andere keer het onterechte nadeel de andere kant op zal vallen.
Ervaren politici en diplomaten die het compromis als onderdeel van het spel zien, zullen vast en zeker vooral de deur-in-het-gezicht-dichtslaan techniek bewust toepassen. Slechts zelden wordt dat gezien en begrepen door de burger. Ook kost het veel kennis om het valse in een compromis te herkennen. Wat veel tegenstanders van iemand als Wilders niet zien is dat hij hoog inzet om er bij aanvang van eventuele onderhandelingen goed voor te staan. Idem zal gelden dat iemand als Pechtold juist laag inzet om het bij diezelfde eventuele onderhandelingen Wilders c.s. niet al te gemakkelijk te maken. Beiden zullen het compromis zoeken, zou men denken.
Maar is dat wel zo? Zijn zowel Wilders als Pechtold zich eigenlijk aan het voorbereiden op onderhandelingen? Van Wilders mag dat worden verondersteld. Van Pechtold is bekend dat deze absoluut niet wil gaan samenwerken. Beide blijkt uit dit artikel van eerder dit jaar.
Wat in deze wel heel voornaam is: Wie heeft er vooral gelijk? En wie heeft er vooral ongelijk? Goed onderzoek is nodig. Maar wat is goed onderzoek? We zouden kunnen denken aan een instituut dat onpartijdig is. Maar wat mij betreft mag het ook gedaan worden door partijdige instituten, zolang die partijdigheid maar transparant is. Het is dan verder aan ons allen om straks te kunnen beoordelen of er bij een compromis sprake was van een valse of een redelijke.