- Is ‘Critical (Race) Theory’ echte wetenschap? - 14 december 2021
- Het internet als mindblower en de mensenrechten als bron van onrust - 17 april 2021
- De ernstige fout in de UVRM: Universalisme - 11 februari 2021

Hij bedoelde het allemaal zo goed, dat wel.
Olaf Tempelman, voormalig correspondent Oost-Europa van De Volkskrant en tegenwoordig werkzaam op de redactie, kreeg vandaag de gelegenheid om zijn mening over de term ‘cultuurmarxisme’ te vertellen op de opiniepagina. Ik vraag me dan wel af of het gaat om zijn privé-mening of om die van de Volkskrant-redactie. Maar goed, wat maakt het uit.
Het is een verdienstelijk artikel geworden waarin hij er blijk van geeft goed te doorzien wat volgens de critici cultuurmarxisme behelst. Hij bedoelt het volgende cynisch, maar het lijkt mij evengoed een aardig correcte opsomming.
… in politiek correcte krochten van onze samenleving houden zich heimelijk culturele marxisten schuil – ze komen voor als feministen, eurofielen, nakomelingen van slaven, lhbt-activisten, migratiehoogleraren, moslimpolitici, voorstanders van genderneutrale toiletten en meer.
Idem snapt hij de essentie van de kritiek zelf, al is de volgende omschrijving karikaturaal en daarom overdreven.
Hun tegenstanders waarschuwen dat deze ‘cultuurmarxisten’ niet rusten voor ze onze natiestaat, tradities en trots net zo hebben uitgehold als revolutionaire proletariërs het grootkapitaal. Ouderwetse marxisten hadden het gemunt op bezitters van productiemiddelen, cultuurmarxisten hebben het gemunt op de witte westerse man die gehecht is aan zijn tradities en zijn natiestaat.
Vervolgens stelt Tempelman dat de critici de term ‘marxisme’ niet per ongeluk of op wetenschappelijke gronden hebben ingebouwd, maar dat het de bedoeling was om zo te profiteren van het negatieve frame dat ‘marxisme’ in het westen oproept.
In de keuze van die term – 90 jaar terug gemunt door Gramsci en daarna lang in de mottenballen van het proletarisch museum – lijkt iets anders mee te spelen: je manoeuvreert jezelf in een voordelige positie als je tegenstanders als marxisten bestempelt. Behalve de marxistische theorie is er immers ook ‘de marxistische praktijk’. In de 20ste eeuw was het door Lenin gemodificeerde marxisme de staatsideologie in flink wat landen. Dodentallen lagen daar vaak hoog. Die geschiedenis van de 20ste eeuw geeft het begrip ‘cultuurmarxisme’ een omineuze lading: de waarschuwing voor het fenomeen zit ingebouwd in het woord.
Maar dan wordt een denkfout waarneembaar.
Van dik hout zaagt men planken. Maar lijken 21ste-eeuwse cultuurmarxisten écht op ‘de oude cultuurmarxistische wereld’? Studie van de voormalige Sovjet-wereld is niet populair.
Tempelman rept opeens over ‘de oude cultuurmarxistische wereld’, waarmee hij refereert aan de voormalige Sovjet-wereld. Hij denkt blijkbaar dat de voormalige Sovjet-wereld cultuurmarxistisch was. Maar dat was helemaal niet zo. Die wereld had dat type marxisme namelijk niet nodig. Het ‘volk’ had er immers al de macht van de kapitalisten gebroken.
Het zou bij deze constatering hebben kunnen blijven als Tempelman niet ook het volgende had beweerd.
Maar had [men] een blik geworpen in gevangenissen van landen waar [men] Leninordes kreeg opgespeld, dan was [men] daar gestuit op ‘ontaarde’ kunstenaars, schrijvers met ‘kosmopolitische neigingen’, al te vrijgevochten vrouwen, ‘betrapte’ homoseksuelen en leden van etnische en religieuze minderheden – een beetje het amalgaam van mensen dat in 2017 het etiket ‘cultuurmarxisten’ krijgt opgeplakt.
Waarmee hij maar wil zeggen dat uitgerekend de Sovjet-wereld dàt praktiseerde dat de hedendaagse critici van het cultuurmarxisme ook willen. Waarmee maar weer onderschreven wordt dat het dus géén cultuurmarxisten konden zijn geweest.
En zo kom ik bij een tweede denkfout aan die merkwaardig genoeg de eerste enigszins corrigeert. Want hij lijkt hier te suggereren dat de hedendaagse critici eigenlijk net zo erg zijn als die vroegere communisten. In de oude Sovjet-wereld werden al die kunstenaars, schrijvers, vrouwen, homoseksuelen en leden van minderheden gevangen gezet en anno 2017 worden identieke individuen en minderheden bespot om hun cultuurmarxisme.
Het lijkt me een al te boude suggestie van hem, maar je màg de vraag stellen hoe onze gevangenissen gevuld zouden worden als we een regering kregen die cultuurmarxisme wilde bestrijden. Echter, zolang daarvan geen praktijkvoorbeelden bekend zijn moeten we van het goede in de mens uitgaan: Er zal eerder een beroep op cultuurmarxisten worden gedaan de eigen cultuur, identiteit en tradities niet langer te verketteren, maar juist te eren. Dat lijkt mij toch een redelijke ‘verzoek’. Alleen wie onze cultuur ècht haat, zal er niet aan willen toegeven. En tsja, wat we met die mensen moeten…