- Is ‘Critical (Race) Theory’ echte wetenschap? - 14 december 2021
- Het internet als mindblower en de mensenrechten als bron van onrust - 17 april 2021
- De ernstige fout in de UVRM: Universalisme - 11 februari 2021

Op weg naar het werk, en later op de dag naar huis, heb ik in de auto vaak Radio1 aanstaan. Het zorgt geregeld voor ergernis, maar is desondanks een goede manier om wat breder geïnformeerd te worden over de wereld. Ergernis, als er een overmaat aan mensen aan het woord gelaten wordt die mijns inziens de verkeerde invalshoek hanteren en van daaruit dwingend oplossingen voor problemen voorschrijven; oplossingen die geen echte oplossingen zijn en de problemen vaak zelfs alleen maar verergeren. Wat breder geïnformeerd, omdat het goed is om niet slechts de galm in de eigen echokamer te horen. Mij zal het niet gebeuren dat ik geen weet heb van de argumentatie van mijn tegenstanders. Dat het andersom wel gebeurt – dat mijn tegenstanders geen weet (willen) hebben van mijn argumenten – is geen excuus om er idem in te gaan zitten.
Deze week was er – ik weet niet meer hoe laat en op welke dag en wat het onderwerp nou eigenlijk precies was – een gelegenheid voor een pleitbezorger van een links thema. Ernaar luisterend werd ik vervuld van een besef dat we hier te maken hadden met iemand die in zijn bevlogenheid kon concurreren met mij. Het was dus op dat punt gewoon herkenning. En toch was ik het fundamenteel flink oneens met zijn uitspraken. Het klonk mij als onvoldoende doordacht in de oren. Of eigenlijk, ik vond zijn uitspraken op punten echt absurd. Er leek daarom ook geen sprake van twee standpunten die best wel in een of andere vorm naast elkaar kunnen bestaan in de vorm van een compromis.
Maar er viel me nog iets op. Ik schreef al dat ik iets in zijn uitspraken absurd vond; hij leek me zwaar te overdrijven. Was hij eigenlijk bezig met provoceren? En als het overdrijving om het provoceren was, zou er dan toch meer in het vat zitten bij onderhandelingen? Zou een compromis dan toch kunnen? Het lijken me goede vragen die ik stelde.
Wie op Twitter vertrouwd is met wat wel rechts genoemd wordt, weet dat er heel veel afgegeven wordt op boegbeelden van links. Het betreft eigenlijk altijd uitspraken van linkse mensen die dan als extreem, onrealistisch, gekkigheid en zwaar overdreven worden herkend. Zelden of nooit blijken die linkse mensen onder de indruk, anders dan dat ze degenen die afgeven en schamperen beschouwen als lelijke schreeuwers die er niets van willen snappen. Niets van willen snappen? Ik vermoed nu dat bij linkse mensen het idee heerst dat overdrijven en provoceren niet alleen toegestaan maar zelfs noodzakelijk is om de volgende redenen.
Ten eerste wordt gemeend dat provoceren nodig is om aandacht te krijgen.
Ten tweede wordt gemeend dat overdrijven nodig is om de conservatieve mens los te weken uit de gewone manier van tegen dingen aankijken.
Ten derde wordt gemeend dat overdrijven nodig is om later een gunstiger resultaat uit onderhandelingen te halen.
Degenen die zich aan die overdrijvingen en provocaties ergeren, hebben dit alles wellicht niet altijd door, of eigenlijk: ze hebben het vrijwel nooit door. Veelal denken ze dat die linkse mensen het echt, tot op het bot, menen.

Andersom kan trouwens ook: rechtse mensen die overdrijven en provoceren om dezelfde redenen. Afgezien dan van de tweede reden; hen gaat het erom de progressieve mens terug te brengen naar de volgens hen gewone manier van tegen dingen aankijken. En waaraan merkwaardig genoeg dan weer de linkse mens zich ergert en er veel kwaads achter zoekt, omdat die denkt dat het allemaal tot op het bot gemeend wordt. Merkwaardig genoeg, omdat met een beetje meer zelfkennis de tegenstander beter begrepen zou moeten worden.
Of zouden de overdrijvende, provocerende mensen hun eigen uitspraken tòch volledig menen en geloven? Een simpele vraag zou kunnen volstaan: ‘Meen je werkelijk wat je hier beweert?” Een antwoord als “nee, natuurlijk niet, het is overdrijving” zal echter niet snel komen. De provocatie zou teniet gedaan worden en de onderhandelingspositie ondermijnd. Het antwoord zal dus zijn dat het uiteraard gemeend wordt. Waarna de alles letterlijk nemende tegenstander smalend zal reageren: “je bent echt gek!“
En zo zitten we vast in een cirkel waarin we elkaar maar niks vinden en niet nader tot elkaar komen.